Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Nieuwe schoenen?

Dat je jezelf hoort zeggen: ‘doe je een beetje voorzichtig met je nieuwe schoenen’, terwijl je natuurlijk ook wel weet dat het geen donder uitmaakt wat je zegt. Die schoenen gaan er aan. Maar in je enthousiasme voor de nieuwe schoenen roep je het toch en iets te vaak, met als gevolg dat zoonlief zijn nieuwe schoenen consequent links laat liggen en kiest voor die foeilelijke, afgetrapte sneakers die met draadjes aan elkaar hangen, maar die ‘zo lekker voetballen’. Ok, missie geslaagd: de peperdure schoenen blijven netjes. Prima toch? Maar in een helder moment kom je tot inkeer. Plotsklaps is daar de angst dat ze dat zullen blijven tot het moment komt waarop ze niet meer passen. Dat moment komt dichterbij, dat moment is bijna, dat is misschien wel nu. Dat is er namelijk áltijd van de ene op de andere dag. Paniek! De schoenen moeten gedragen worden. En wel nú! Maar zoonlief weigert mee te waaien met de nukken van z’n moeder en is dus niet zomaar om te praten. Maar je zet door en het nieuw
Recente posts

Gepuzzel op hoog niveau

‘Oké, dus we gaan onze stakingsdag wat meer ruchtbaarheid geven? Een beetje meer geluid uit de praktijk? Goed idee?’ We hebben een studiemiddag en met het hele team zitten we bij elkaar. Wat gaan we doen 12 december en hoe pakken we dit aan? Allereerst vormen we een werkgroep. Eén collega stelt voor om een column te schrijven over de reden waarom we gaan staken. Het moet een verhaal uit de onderwijspraktijk worden dat alle argumenten ondersteunt en kleur geeft. Maar hoe maak je dan duidelijk hoe urgent het probleem is, zonder te verzanden in een klaagzang of een waslijst met werkzaamheden? Met deze zogenaamde breinbreker gaan wij aan het einde van middag naar huis. Als ik thuis aan tafel samen met mijn oudste zoon een puzzel van 1000 stukjes probeer op te lossen, denk ik na over de column. En ineens weet ik het: het gepuzzel doet me denken aan ons kunst- en vliegwerk wanneer wij vervanging zoeken. Het zoeken naar stukjes, het passen en meten, de frustratie als het juiste stukje niet

DJ

'Hallooooo beste mensennnn, daar ben ik weer!' Hij praat met de langgerekte klanken en het ongetemde enthousiasme wat ik herken uit de verschillende vlogs die de mannen graag bekijken. Ze zijn er de hele ochtend al druk mee, met hun nieuwste aanwinst: een echte dj set! Wat ze in hun eentje niet voor elkaar kregen, lukt de slimmerds na enig puzzelen toch: samen hebben ze precies genoeg geld. Nu staat de dj set uit. De dj's hebben pauze (en mijn oren ook). 'Ik zal jullie even mijn nieuwe dj set laten ziennn!' De jongste dj kijkt langs de selfiestick naar een ingebeelde camera. Het is een serieuze vlog, alleen wordt ie niet opgenomen. Dat is ook niet belangrijk, want op je zevende een vlog starten op You Tube is geen optie en als je grote broer zijn camera niet uit wil lenen moet je toch wat. Het lijkt hem niet te deren. 'Kijk, dit is de woonkamer en dit is de tv. Dit is mijn moeder...' (ik zwaai even naar het einde van de selfiestick) 'zeg, mam...'. H

Rood-roder-roodst

Ken je dat? Je hebt net de benen onder je lijf vandaan gesport en het zweet gutst in kleine riviertjes over je rug. Je bent op de fiets, je besluit op de terugweg nog even een snelle pitstop te maken bij de supermarkt en dan gebeurt het. Terwijl je zelf heel zeker weet dat je, ondanks je overmatige zweetproductie en je bijpassende, knalrode hoofd, nog steeds naar bloemetjes ruikt (omdat je een oerdegelijke, tegen alle stormen bestand zijnde deoroller bezit en vanwege het feit dat je sowieso elke dag doucht), staat er een jongen voor je in de rij die de douche duidelijk een paar dagen niet van dichtbij heeft bekeken en die daarom de associatie met oud water in een vaas vol verlepte bloemetjes oproept. Je weet het meteen. De geur van oud zweet dringt zich op in je neusgaten. Door je mond ademend probeer je zo onopvallend mogelijk een metertje of twee naar achteren te schuifelen. Dat lukt (hoera!) en je kunt weer een beetje vrij ademen, maar dan komt het besef: jij staat hier met bezweet

3-0

Het is een gezellige puinhoop op de keukentafel. Er liggen gekleurde stukjes papier, stokjes, steentjes en een bananenschil. De vierjarige aanstichter van de puinhoop zit even verderop; een rode blos op zijn wangen, de benen in kleermakerszit, de ogen gericht op een nieuwe race-app. Ik mompel iets pedagogisch over samen opruimen en roep hem tot de orde. 'Uk wat moet ik met al die papiertjes doen die hier liggen?' 'Die moet je ophangen' 'Ophangen?' 'Ja dat zijn vlaggetjes' 'Eh, vlaggetjes?' 'Ja. Daar moeten nog touwtjes aan' Ik werp kennelijk een nogal onnozele blik op mijn uk, want hij vervolgt met de genadeklap: 'Dat is voor jou. Voor moederdag. Dan gaan we ze ophangen' Slik 'Mooi zijn ze hè?' Hij werpt me zijn allerbeminnelijkste glimlach toe. Ok. Dit is een nieuwe dimensie aan de we-dwarsbomen-altijd-en-op-alle-mogelijke-manieren-het-opruimen terreur van mijn kleine ukken. Sentiment. En het werkt nog ook.

Heerlijk, die sneeuw?

-Mam, ik ga naar buiten hoor! -ja is goed mannetje, veel plezier! -mam... -ja? -wil je me even helpen met aankleden? -tuurlijk, kom maar hier Dikke vijf minuten later staat er een ingepakt mannetje buiten; moonboots aan (in alle haast nieuw gekocht vandaag, de oude pasten niet meer), skibroek, winterjas, sjaal, handschoenen en bovenop zijn hoofd een muts. Een mooi kadootje; alleen de strik ontbreekt. Ik wens hem veel plezier en wil net aan m'n kopje thee beginnen als mannetje twee zijn wens (die hij eerder niet had, daar had ik uiteraard vooraf naar geïnformeerd) uit: -mama, mag ik ook naar buiten? -tuurlijk mannetje, zal ik even helpen? Weer dik vijf minuten later staat mannetje twee buiten; zelfde soort outfit, maatje kleiner. Ze spelen nog geen tien minuten (mijn thee was uiteraard koud, ik was net nieuw water op aan het zetten) als mannetje één weer terugkomt. -mama, ik heb het zo koud en mijn handschoenen zijn kletsnat! -kom maar lekker binnen spelen dan, is dat ee

Not my day

Het is zo'n ochtend... Je weet wel, het loopt niet. Eerst vergeet ik het knuffelkonijn van Uk mee naar school te nemen. Ze vieren vandaag dierendag en de kleuters mogen allemaal hun liefste knuffeldier meenemen. Uk huilt een hele dikke traan. Ik kijk schuldbewust naar m'n kleine mannetje. 'Welke wilde je meenemen dan?', vraag ik. 'Mijn konijn', zegt Uk 'en nou mag ik zo de klas niet in'. De tranen stromen nu echt over zijn wangen. Ik troost hem en vertel dat dat niet zo'n vaart zal lopen. 'Het is ook mijn school, Uk. Geloof me, ik weet dat'. Ik beloof hem dat ik Konijn ga halen en hem snel zal komen brengen. Ik heb nog wel even nog tijd, dus ik sjees naar huis op de fiets en ontdek halverwege dat ik Uk's tas nog om heb. Pfff, dat gaat lekker. Gelukkig kan ik 'm zo mooi nog even brengen. Eenmaal thuis is het eerst tijd voor een glas water. Twee tellen zitten, de tas gaat af. Konijn ligt op de grond zie ik nu, naast de bank. Ik vermoed